De literatuur toont al jaren aan dat het bezitten van een kat, en dus veelvuldig contact met de kat, hand in hand gaat met een verhoogd risico op schizofrenie gerelateerde symptomen.
Bovendien was de veronderstelde boosdoener al in de vorige eeuw Toxoplasma gondii, een parasiet die veel voorkomt bij katten en die via uitwerpselen of beten kan worden overgedragen op mensen.
Een recente meta-analyse door een Australisch team bevestigt dit alles nogmaals en stelt vast dat blootstelling zelfs voor de geboorte (in utero) en tot de leeftijd van 25 jaar in verband wordt gebracht met een meer dan verdubbeld risico op schizofrenie.
Er zijn echter een paar nadelen: verschillende onderzoeken zijn van slechte kwaliteit, de resultaten zijn inconsistent en het gewicht van één onderzoek speelt een grote rol in de verkregen resultaten.
Bovendien, en dit is ongetwijfeld het belangrijkste punt, waren 15 van de 17 onderzoeken die in de meta-analyse werden opgenomen case-control onderzoeken, wat het absoluut onmogelijk maakt om een uitspraak te doen over de oorzakelijke rol van Toxoplasma gondii en dus van de kat.
Kortom, nihil novi sub sole…
Voorlopig?